-
1 wandering
1. n хождение; блуждание2. n странствия, путешествия; блуждания по свету3. n бред; бессвязные речиhis mind is wandering — он бредит ; он не в себе, он не в здравом рассудке
4. a бродячий; блуждающий5. a кочевой6. a ползучий7. a извилистыйСинонимический ряд:1. delirious (adj.) delirious; raving2. erratic (adj.) devious; errant; erratic; stray3. itinerant (adj.) ambulant; ambulatory; deambulatory; itinerant; itinerate; perambulant; perambulatory; peripatetic; transient; vagabond; vagrant; wayfaring4. roving (adj.) drifting; nomadic; rambling; restless; roaming; roving; strolling; trekking5. straying (adj.) deviating; digressing; digressive; disconnected; getting off the subject; meandering; straggling; straying; swerving6. batting (verb) batting; drifting; gad about; gadding; gallivanting; maundering; mooching; peregrinating; ranging; rolling; roving; straggling; traipsing7. digressing (verb) departing; deviating; digressing; divagating; diverging; erring; rambling; straying8. wandering (verb) ambling; browsing; meandering; perambulating; promenading; roaming; sauntering; strolling; wandering -
2 drifting
1. n снежные или песчаные заносы2. n горн. проходка горизонтальных выработок3. n тех. расширение отверстий4. a дрейфующийСинонимический ряд:1. aimless (adj.) aimless; careless; erratic; haphazard; heedless; rambling; stray; wandering; wayward2. coasting (verb) coasting; sliding3. floating (verb) floating; riding; washing4. heaping (verb) banking; cocking; heaping; hilling; lumping; mounding; piling; stacking5. sauntering (verb) ambling; lingering; moping; moseying; sauntering; strolling6. wandering (verb) batting; gad about; gadding; gallivanting; maundering; meandering; mooching; peregrinating; rambling; ranging; roaming; rolling; roving; straggling; straying; traipsing; wandering -
3 rambling
1. a бродячий, слоняющийся2. a разбросанный3. a беспорядочный, хаотичный; бессвязный; разбросанный4. a ползучий, вьющийсяСинонимический ряд:1. aimless (adj.) aimless; discursive; incoherent; irregular; meandering; straggling; straying; wandering2. diffuse (adj.) diffuse; dull; prolix; verbose; wordy3. chattering (verb) babbling; blabbering; chattering; jabbering; palavering; prating; prattling; rattle on; run on4. digressing (verb) departing; digressing; divagating; diverging; straying5. sprawling (verb) scrambling; sprawling; straddling; straggling6. wandering (verb) ambling; batting; drifting; gad about; gadding; gallivanting; maundering; meandering; mooching; perambulating; peregrinating; promenading; ranging; roaming; rolling; roving; sauntering; strolling; traipsing; wandering -
4 ranging
1. n спец. измерение дальности, дальнометрия2. n спец. регулирование диапазона3. n спец. классификация4. n спец. геод. провешивание5. n спец. воен. пристрелкаСинонимический ряд:1. pasturing (adj.) extending; feeding; fluctuating; grazing; nibbling; pasturing; roaming; shifting; wandering2. arrangement (noun) arrangement; array; disposition; grouping; order; ordering; placement; trimming3. going (verb) extending; going; running; varying4. lining (verb) aligning; line up; lining; lining up5. ordering (verb) arranging; arraying; assorting; classifying; disposing; distributing; grouping; marshalling; ordering; organising; ranking; sorting; systematising6. wandering (verb) batting; drifting; gad about; gadding; gallivanting; maundering; meandering; mooching; peregrinating; rambling; roaming; rolling; roving; straggling; straying; traipsing; wandering -
5 rolling
1. n метал. прокатка2. n мор. бортовая качка3. n ав. бочка, двойной переворот через крыло4. n физ. качениеСинонимический ряд:1. splashing (adj.) breaking; crushing; dashing; flinging; hurled against; shattering; splashing; storm-tossed; striking2. booming (verb) booming; growling; grumbling; rumbling3. flowing (verb) flowing; gliding; sailing4. furling (verb) furling5. investing (verb) draping; enfolding; enveloping; enwrapping; investing; swaddling; swathing; wrap up; wrapping up6. pitching (verb) canting; lurching; pitching; seesawing; tilting; yawing7. pondering (verb) deliberating; meditating; mulling over; musing; pondering; ruminating; turning over8. pouring (verb) gushing; pouring; sluicing; streaming; surging9. rocking (verb) heaving; rocking; tossing10. turning (verb) circling; gyrating; revolving; rotating; turning11. wallowing (verb) basking; indulging; luxuriating; reveling or revelling; rollicking; wallowing; weltering12. wandering (verb) batting; drifting; gadding; gallivanting; maundering; meandering; mooching; rambling; ranging; roaming; roving; straggling; straying; traipsing; wandering -
6 strolling
a странствующий, бродячийСинонимический ряд:1. roving (adj.) drifting; itinerant; nomadic; rambling; restless; roaming; roving; trekking; wandering2. roaming (verb) browsing; roaming3. sauntering (verb) ambling; drifting; lingering; moping; moseying; sauntering4. wandering (verb) meandering; perambulating; promenading; rambling; wandering -
7 meandering
1. a изгибающийся, извилистый2. a бессвязныйСинонимический ряд:1. winding (adj.) anfractuous; circuitous; convoluted; flexuous; meandrous; nomadic; rambling; serpentine; sinuous; snaking; snaky; tortuous; travelling; twisting; wandering; winding; zigzagging2. snaking (verb) coiling; curling; entwining; snaking; spiralling; twining; twisting; weaving; winding; wreathing3. wandering (verb) ambling; batting; drifting; gad about; gadding; gallivanting; maundering; meandering; mooching; perambulating; peregrinating; promenading; rambling; ranging; roaming; rolling; roving; sauntering; straggling; straying; strolling; traipsing; wandering -
8 straggling
1. a отставший; дезертировавший2. a разбросанный, беспорядочный3. a физ. разброс, рассеяниеСинонимический ряд:1. aimless (adj.) aimless; discursive; incoherent; irregular; meandering; rambling; straying; wandering2. sprawling (verb) rambling; scrambling; spilling; sprawling; straddling3. wandering (verb) batting; drifting; gadding; gallivanting; maundering; meandering; mooching; ranging; roaming; rolling; roving; straying; traipsing; wandering -
9 straying
заблудиться; паразитный; блуждаюшийСинонимический ряд:1. deviate (adj.) aberrant; deviate; deviating; devious; divergent; diverging; errant; erring; wandering2. departing (verb) departing; deviating; digressing; divagating; diverging; erring; rambling; swerving3. wandering (verb) batting; drifting; gad about; gadding; gallivanting; maundering; meandering; mooching; peregrinating; ranging; roaming; rolling; roving; straggling; traipsing; wandering -
10 ambling
1. n иноходь2. n спорт. одношажный ход на лыжахСинонимический ряд:1. sauntering (verb) drifting; lingering; moping; moseying; sauntering; strolling2. wandering (verb) meandering; perambulating; promenading; rambling; wandering -
11 batting
1. n ватин; ватная или шерстяная прокладка2. n фетр3. n удар, подачаСинонимический ряд:1. wandering (verb) drifting; gadding; gallivanting; maundering; meandering; mooching; rambling; ranging; roaming; rolling; roving; straggling; straying; traipsing; wandering2. winking (verb) blinking; nictitating; twinkling; winking -
12 perambulating
Синонимический ряд:1. traversing (verb) traversing; walking2. wandering (verb) ambling; meandering; promenading; rambling; sauntering; strolling; wandering -
13 roving
1. n бродяжничество, скитание, странствие2. n стрельба из лука по произвольной цели3. a бродячий, кочевой, кочующийroving agent — агент, передвигающийся с места на место
roving commission — разъездная работа; работа, связанная с командировками
4. a блуждающий5. n текст. ровницаСинонимический ряд:1. itinerant (adj.) ambulatory; deambulatory; itinerant; itinerate; perambulant; perambulatory; peripatetic; vagabond; vagrant; wayfaring2. migratory (adj.) errant; migratory; mobile; nomadic; on the move; ranging; unsettled; wandering3. traveling (adj.) ambulant; journeying; roaming; traveling; unfixed4. wandering (verb) batting; drifting; gad about; gadding; gallivanting; maundering; meandering; mooching; peregrinating; rambling; ranging; roaming; rolling; roving; straggling; straying; traipsing; wandering -
14 gadding
n горн. бурение шпуровСинонимический ряд:wandering (verb) batting; drifting; gallivanting; maundering; meandering; mooching; rambling; ranging; roaming; rolling; roving; straggling; straying; traipsing; wandering -
15 maundering
1. n пустая болтовня2. n ворчаниеСинонимический ряд:1. inarticulate (adj.) inarticulate; incoherent; tongue-tied; unvocal2. wandering (verb) batting; drifting; gadding; gallivanting; meandering; mooching; rambling; ranging; roaming; rolling; roving; straggling; straying; traipsing; wandering -
16 promenading
прогуливаться; прогуливающийсяСинонимический ряд:wandering (verb) ambling; meandering; perambulating; rambling; sauntering; strolling; wandering -
17 extending
Синонимический ряд:1. pasturing (adj.) feeding; fluctuating; grazing; nibbling; pasturing; ranging; roaming; shifting; wandering2. broadening (verb) broadening; expanding; widening3. drawing (verb) draw out; drawing; drawing out; elongating; lengthening; prolonging; protracting; spin out; spinning out; stretching4. going (verb) carrying; going; leading; making; ranging; reaching; running; stretching; varying5. increasing (verb) aggrandising; aggrandizing; amplifying; augmenting; beefing up; boosting; build up; building; compounding; enlarging; growing; heightening; increasing; magnifying; mounting; multiplying; pushing; run up; snowballing; swelling; upsurging; waxing6. offering (verb) giving; holding out; offering; posing; presenting; proffering; tendering; volunteering7. opening (verb) expanding; fan out; fanning out; opening; outspreading; outstretching; spreading; unfolding -
18 wander
1. n книжн. странствие2. v бродить; странствоватьto wander about — блуждать; бродить
3. v блуждать4. v ходить5. v заблудитьсяto wander away — уйти и заблудиться; отстать
6. v отклоняться7. v заблуждаться; запутаться, сбиться8. v путаться, путать; говорить несвязно, непоследовательно9. v бредить, заговариватьсяhis mind is wandering — он бредит ; он не в себе, он не в здравом рассудке
10. v шутл. сбивать с толку, с пути11. v извиватьсяСинонимический ряд:1. amble (verb) amble; meander; perambulate; promenade; saunter2. bat (verb) bat; browse; circumambulate; drift; gad; gad about; gallivant; maunder; mooch; peregrinate; range; roam; roll; rove; straggle; stroll; traipse; tramp; vagabond; vagabondize3. deviate (verb) deviate; err; go astray; shift; stray; swerve; veer4. digress (verb) depart; digress; divagate; diverge; excurse; ramble5. move (verb) extend; move; passАнтонимический ряд:pause; perch; remain; rest; settle; stay; stop; tarry; wait -
19 focus
1. n ярко освещённое пятно2. n средоточие; центр3. n геол. фокус, очаг землетрясенияinfinity focus — фокус, установленный на бесконечность
4. v собирать в фокус; фокусировать5. v помещать в фокусе6. v сосредоточиватьСинонимический ряд:1. center (noun) center; core; headquarters; heart; hub; middle; nerve center; nucleus; polestar; root; seat2. highlight (noun) highlight; spotlight3. point of convergence (noun) central point; centre; focal point; locus; point of convergence; point where rays come together4. adjust lens (verb) achieve clarity; adjust focal length; adjust lens; bring into focus; get detail; obtain sharper image5. converge (verb) adjust; attract; center; centre; convene; converge; emphasise; emphasize6. fasten (verb) aim; concenter; concentrate; fasten; fix; fixate; meet; put; rivet7. give (verb) address; apply; bend; buckle; dedicate; devote; direct; give; turn -
20 travelling
1. n путешествие2. n спорт. пробежка с мячом3. n спорт. гимнастическое передвижение4. n спорт. передвижение в упоре, висе5. n спорт. перемещение, передвижение, прохождение6. a дорожный7. a странствующийСинонимический ряд:1. moving (adj.) alternating; moving; passing; running; transported2. on a trip (adj.) on a trip; on vacation; roaming; roving; touring3. winding (adj.) circuitous; meandering; nomadic; rambling; snaking; twisting; wandering; winding; zigzagging4. covering (verb) covering; doing; passing over; tracking; traversing5. going (verb) faring; going; hying or hieing; journeying; passing; proceeding; push on; pushing on; repairing; wending6. journeying (verb) journeying; peregrinating; trekking7. spreading (verb) circulating; get about; get around; go around; spreading
- 1
- 2
См. также в других словарях:
wander — verb (wandered; wandering) Etymology: Middle English wandren, from Old English wandrian; akin to Middle High German wandern to wander, Old English windan to wind, twist Date: before 12th century intransitive verb 1. a. to move about without a… … New Collegiate Dictionary
wander — verb 1 move slowly around a place/go from place to place ADVERB ▪ slowly ▪ aimlessly ▪ disconsolately, restlessly ▪ happily ▪ at … Collocations dictionary
force-land — verb make a forced landing • Hypernyms: ↑land, ↑set down • Verb Frames: Something s Somebody s * * * forceˈ land intransitive verb To make a forced landing • • • … Useful english dictionary
cheat on — verb be sexually unfaithful to one s partner in marriage She cheats on her husband Might her husband be wandering? • Syn: ↑cheat, ↑cuckold, ↑betray, ↑wander • Derivationally related forms: ↑cuckold … Useful english dictionary
civilise — verb 1. teach or refine to be discriminative in taste or judgment Cultivate your musical taste Train your tastebuds She is well schooled in poetry • Syn: ↑educate, ↑school, ↑train, ↑cultivate, ↑civili … Useful english dictionary
tubthump — verb To aggressively attract attention for something tubthump to promote or draw attention to, from the ancient show business custom of actors wandering the streets banging on tubs to drum up business … Wiktionary
wander — verb walk or move in a leisurely or aimless way. ↘move slowly away from a fixed point or place. ↘travel aimlessly through or over (an area). noun an act or instance of wandering. Derivatives wanderer noun wanderings plural noun Origin OE wandrian … English new terms dictionary
ransack — verb (T) 1 to search a place very thoroughly: She s ransacking the desk drawers for old family photos. 2 to go through a place stealing things and causing damage: Houses were wrecked and ransacked by wandering gangs of soldiers … Longman dictionary of contemporary English
wander — verb 1) I wandered around the mansion Syn: stroll, amble, saunter, walk, dawdle, potter, ramble, meander; roam, rove, range, drift, prowl; informal traipse, mosey, tootle, mooch 2) … Thesaurus of popular words
wander — verb 1) I wandered around the estate Syn: stroll, amble, saunter, walk, potter, ramble, meander, roam, range, drift; Scottish & Irish stravaig; informal traipse, mosey 2) we are wandering from the point Syn … Synonyms and antonyms dictionary
biblical literature — Introduction four bodies of written works: the Old Testament writings according to the Hebrew canon; intertestamental works, including the Old Testament Apocrypha; the New Testament writings; and the New Testament Apocrypha. The Old… … Universalium